Trespassages van Simon Senn roept vragen op, jazeker. Maar zitten we te wachten op die vragen? Wie schiet er iets mee op als hij laat zien dat (een deel van) de ellende die we
op tv zien gemanipuleerd is? Hij organiseert in Griekenland een relletje en in Soweto looft hij een geldbedrag uit voor degene die het beste boos is voor de camera.
De vraag is: is de boosheid dan oprecht of gefingeerd? Het antwoord op die vraag draagt niet bij aan het verhelpen van de armoede, of bijvoorbeeld ons inzicht in de situatie of de berichtgeving. Het zorgt er alleen voor dat we de boodschap over de armoede (die er hoe dan ook is) gaan wantrouwen.
De vraag is: is de boosheid dan oprecht of gefingeerd? Het antwoord op die vraag draagt niet bij aan het verhelpen van de armoede, of bijvoorbeeld ons inzicht in de situatie of de berichtgeving. Het zorgt er alleen voor dat we de boodschap over de armoede (die er hoe dan ook is) gaan wantrouwen.
In een aantal (al dan niet gefingeerde) videowerken lokt Senn een conflict uit met respectievelijk twee asielzoekers en zijn kunstenaarsvrienden: hij stelt provocatieve vragen over hun werkloosheid. Dat zegt iets over het belang dat de maatschappij kennelijk
hecht aan een baan. Maar ook over het belang dat deze
mensen daar zelf aan hechten, ook al hebben ze er bewust voor gekozen niet aan de arbeidsmarkt deel te nemen. Met andere woorden: niet zozeer de maatschappij wordt bevraagd, maar degenen die erbuiten vallen.
Ook als Senn in een vluchtelingenkamp op Lesbos de
vluchtelingen stiekem filmt (hij vraagt of hij een foto mag nemen) wekt hij de
indruk dat hij de zwakkeren voor zijn karretje spant. De motieven van de rijke,
westerse kunstliefhebber worden vervolgens ter discussie gesteld door ze in staat te
stellen tekeningen van de vluchtelingen te kopen (de opbrengst gaat naar
UNCHR). Door middel van kleurcodes wordt getoond hoe vaak een tekening is
verkocht. Daarmee wordt de westerse betrokkenheid inzichtelijk gemaakt. Tegelijk wordt expliciet een beroep gedaan op het geweten van de bezoeker: koopt die het werk om zijn geweten te sussen?
Ons wereldbeeld wordt gemanipuleerd door de camera. Die
constatering is een open deur. Door de manier waarop hij de vragen hierover verbindt met o.a. armoede
en de vluchtelingenproblematiek kiest Senn positie. En door steeds te kiezen
voor een politiek ‘incorrect’ standpunt, wordt een ander, ambigu soort
politieke correctheid bedreven. Ik denk dat de ambiguïteit in de onderwerpen
die hij behandelt niet werkt. De vragen die de werken oproepen leiden (in de werkelijkheden waar de werken over gaan) nergens toe. De spreekwoordelijke ‘zinloosheid’ van kunst
krijgt hier op een wel heel wrange manier vorm.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten