dinsdag 28 oktober 2025

Notitie #483

 ‘Dan hebben ze misschien iets meer honger in Afrika, maar wij hier niet!’ Een opmerking zo grotesk, grof en (bewust) dom, dat hij Wilders zou moeten diskwalificeren om welk publiek belang dan ook te dienen. Alsof het probleem van de landen waar ontwikkelingshulp naartoe gaat is dat men moeite heeft om elke maand rond te komen. Alsof hier hongersnood heerst omdat de BTW op boodschappen 9% is.

De opmerking ligt in het verlengde van de vraag waarom wij andermans problemen moeten oplossen (terwijl we zelf al moeite hebben om rond te komen). Nou, ten eerste omdat wij (het westen) de welvaart die we zo angstvallig beschermen hebben opgebouwd door de landen die nu ‘ontwikkelingslanden’ worden genoemd eeuwenlang systematisch leeg te roven. Eigenlijk zouden we die landen herstelbetalingen moeten betalen: met ‘ontwikkelingshulp’ komen we er héél gunstig van af.

Ten tweede is die ontwikkelingshulp met name bedoeld om ervoor te zorgen dat de bedoelde landen zich, het woord zegt het al, ontwikkelen. Ontwikkelingshulp gaat niet naar BTW-verlagingen voor Afrikaanse landen, maar naar zaken als onderwijs, schoon drinkwater, etc. Waarom zouden PVV-stemmers daar voorstander van moeten zijn? Omdat dat ervoor zorgt dat mensen kunnen bestaan op de plek waar ze wonen. Je kunt niet neerkijken op ‘gelukszoekers’, zeggen dat die ‘terug naar hun eigen land moeten’, en er tegelijk actief voor zorgen dat dat onmogelijk is.

vrijdag 17 oktober 2025

Notitie #482

Voor wie de oorlog niet heeft meegemaakt, is het lastig er geloofwaardig over te schrijven. Ik vind althans het ik-perspectief in Het meisje met het rode haar van Theun de Vries problematisch. Maar de alwetende verteller in Roxane van Iperens 't Hooge Nest net zo goed. Het meest zuiver is een schrijver als Anne Frank, die haar oorlogservaringen direct opschreef. Voor auteurs die er niet bij waren rest een aanpak als die van Laurent Binet in HhhH: hij schrijft vanuit zichzelf in het heden over de gebeurtenissen tijdens de oorlog en laat zien hoe hij die gebeurtenissen reconstrueert. 

Ik snap dat Van Iperen die laatste keuze niet heeft gemaakt: ze zou dan zelf het verhaal in de weg zitten. Het probleem is denk ik vooral dat de geschreven oorlogservaringen eerder ervaringen moeten zijn dan verhalen. Het gaat als altijd om de vraag in hoeverre je de schrijver gelooft. Die vraag krijgt meer gewicht naarmate de beschreven ervaringen meer urgentie hebben.

donderdag 9 oktober 2025

Notitie #481

De ouders van Felix Kajuit, in De goddelijke comedyclub van Christiaan Weijts, hebben iets aandoenlijks. Hun tekortkomingen worden met een zekere humor besproken. Daarom lijkt de actie van Kajuit, waar hij een breuk mee forceert, niet helemaal logisch. De actie is op zich relatief onschuldig (Kajuit vernielt een hobby-bouwwerkje waar zijn vader aan werkt), maar in de relatie tussen vader en zoon is het dat allerminst. Is dat gerechtvaardigd?

Humor is de manier waarop Kajuit streeds is omgegaan met de verwaarlozing door zijn ouders. Precies die humor staat hem in de beschrijving van die verwaarlozing in de weg: de humor relativeert de ernst van het beschrevene. Zijn ouders zijn arme sukkelaars, onbeholpen oenen. Weijts laat dat goed zien, en dat is ook waarom het (in ieder geval voor mij) lastig is om ze hun gedrag kwalijk te nemen (en om in te stemmen met Kajuits actie).

Zijn ouders kunnen niet anders: ze zijn wie ze zijn. Dat maakt Kajuits actie machteloos, het is een hulpeloze frustratie. Juist daarin ligt de kracht van de scène. Weijts’ stijl heeft de lichtheid die in het beschrevene ontbreekt. Verzwakt die stijl de ernst? Dat dacht ik in eerste instantie, maar inmiddels denk ik van niet. Weijts beschrijft de scène niet humoristisch, dus wellicht is de ironische stijl vooral mijn eigen perceptie. En je zou met net zo veel recht kunnen zeggen dat die lichtheid, die ironie (die in lijn is met de humor als mechanisme om met de werkelijkheid om te gaan), de ernst juist verdiept.

(En: is het wel zo, dat je de ouders hun gedrag niet kwalijk kan nemen? Is ouders verwijtbaar gedrag, zoals egoïsme en het gebrek aan oprechte aandacht voor hun kinderen, niet kwalijk te nemen (vanwege hun karakter, achtergrond, psychische problematiek e.d.)? Als dat zo is, is voor deze mensen het krijgen van kinderen in zichzelf verwijtbaar: want daar horen nu eenmaal verantwoordelijkheden bij.)