294) Sterk aan Joost Baars' Binnenplaats is de symbiose tussen het filosofische en het (hyper)persoonlijke. Het abstracte en het concrete. Dat is knap, omdat het abstracte de neiging heeft zo alomvattend te worden, en het concrete zo onbenullig, dat het niets te zeggen heeft.
295) In haar verdere bijzonderheden hanteert Rozalie Hirs de opsomming als stijlfiguur: 'neem dan
een latte op weg, een sapje, biertje, spa'. In mijn recensie over de bundel schreef ik dat dat een 'wonderlijk soort precisie' oplevert. Ik vermoed dat dat de 'precisie' van de gelijktijdigheid is. Een alomvattende concreetheid.
296) John Caputo maakt een onderscheid tussen het 'voorwaardelijke' en het 'onvoorwaardelijke', waarbij het 'voorwaardelijke' staat voor de praktische realiteit van alledag: je doet het een omdat je het ander wil bereiken (hij geeft als voorbeeld het poetsen van de tanden om gaatjes te voorkomen). Het 'onvoorwaardelijke' staat voor hetgeen waar we van genieten om wat het is (een roos, bijvoorbeeld). Het is juist de tijdelijkheid van dit 'onvoorwaardelijke' (en volgens mij ook de zeldzaamheid t.o.v. het 'voorwaardelijke') die het haar kleur, haar intensiteit verleent.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten